Vandaag een fiets geleend van iemand van het restaurant waar ik een ontbijt nam. Nou ja, ontbijt is iets te veel gezegd voor een rijstbal (stopverf) en een soort donut die je in een zure saus kunt dippen en opeten.
De juice wordt bij een zaakje aan de overkant gehaald. Dit zaakje heeft allerlei soorten vruchten uitgestald liggen zoals ananas, granaatappels en ook suikerriet wat naar keus
uitgeperst wordt en heerlijk fris smaakt. Het is alleen jammer dat de glazen uitgespoeld worden met leidingwater.
Met de fiets naar de Iranese ambassade gereden en overal heb je twee foto’s nodig terwijl je er hier plotseling drie moet geven zodat ik er weer een paar moet laten maken. Bij de ambassade was ook een Duitser met tulband en woestijnkleding waarover ik in een Nederlands blad wel eens iets had gelezen. Hij wilde met een karavaan kamelen via Pakistan naar Iran en vroeg daarvoor toestemming, die hij niet kreeg. Hij had hetzelfde vaker gedaan maar dan van Soedan naar Egypte. Ook was er een Nieuw Zeelander die per telefoon toestemming had gekregen voor een zesweeks verblijf in Iran en hier hoorde dat hij alleen maar een transitvisum voor vijf dagen kreeg, het huilen stond hem te na want hij had verder alles al geregeld. Ik vertelde hem dat je in Iran heel makkelijk een verlenging kon krijgen en fleurde hem zo weer een beetje op.
Met de fiets richting zuid Delhi gefietst, of liever gezegd; proberen te fietsen. Het is morgen n.l. verlichtingsdag voor de Hindu’s en dan is iedereen vrij.
Het is me hier toch een gekkenhuis van heb ik jou daar. Overal rijden de auto’s stapvoets, stinken, toeteren, duwen je aan de kant, nemen voorrang en daartussendoor ontelbare bussen, vrachtauto’s, tuk-tuks, paard en wagens, riksja’s, heilige koeien die niet aan de kant gaan en dat alles krioelt door elkaar. Ik heb nog nergens zo een chaos gezien in het verkeer en daar zwalk ik dan van links naar rechts tussendoor. Vaak moet je afstappen, de fiets ter hand nemen en je tussen duizenden mensen doorwringen. Een verschrikkelijk lawaai, want iedereen schijnt te moeten toeteren ook al staan ze allemaal vast.
Na een paar uur toch in het zuiden van Delhi aangekomen bij de eerste Indiase moskee uit 1200 na C. Een imposant gebouw met een toren die uit verschillende steensoorten is opgetrokken en 90 meter hoog is. Daarnaast stond een niet afgemaakte toren van 30 meter, door een navolger gebouwd die het hoogterecord wilde verbeteren wat vanwege een te kort leven niet lukte. Daarna door de buitenwijken wezen crossen richting rivier die het aanzien niet waard was en nog stonk ook.
Toen ik de fiets leende vroeg de man of ik er voorzichtig mee wilde doen want hij was pas nieuw. Ik had nauwelijks één km gefietst toen de trapper losliet, helemaal uitgelubberd. Kon ik weer lopend terug naar het restaurant en die wisten wel weer iemand die er een nieuwe trapper op kon zetten.
De buitenwijken zijn allemaal hetzelfde. Het zijn dorpjes op zich die aaneengevoegd zijn tot één groot New Delhi, waartussen door dan de rijkere buurten liggen. Veel gezien deze dag.