De vorige keer lukte het me niet om iemand uit de trein te verwijderen maar soms lukt het toch wel. Ik kwam op een middag in dienst en zag in de stationshal een man van een jaar of 45, die flink aangeschoten en met een fles drank in de hand, allemaal onzin aan het uitkramen was. Er lag allemaal nattigheid om hem heen en ik dacht laat maar lekker zitten, hier kan hij niet zo veel kwaad.
Op de rit naar Doetinchem pakte ik het tweede treinstel en hoorde al gelijk dat er iets mis was.
Veel kabaal en reizigers die verstoord de richting op keken vanwaar het geluid kwam.
Wie schetst mijn verbazing toen daar die dronkelap zat met praatjes voor tien en nog hinderlijk ook voor de andere reizigers. Hier moest wat aan gedaan worden.
Ik liep naar hem toe en vroeg hem of hij een kaartje had. “Ik heb met jou niets te maken “, was het antwoord. “Heeft u geld om een kaartje te kopen dan”? Weer een onsamenhangend gereu-tel waar je uit op kon maken dat ik niet welkom was. Dan de laatste mogelijkheid die overbleef namelijk een uitstel van betaling. Daar heb je een identiteitsbewijs voor nodig en die wenste hij me niet te overhandigen. “Meneer, ik ben met u uitgepraat, op het volgende station kunt u uitstappen”. “Je moet ophoepelen” zei hij me.
Ik dacht dat zal wat worden zo meteen en toen we stilstonden zei ik: “zo meneer we zijn in Zevenaar, dit is voor u het eindpunt, wilt u uitstappen”? Tot mijn grote verbazing stond hij op en liep naar de deur. Hij had de drankfles bij de hals gepakt en liep voor me uit. Opeens zwaaide hij die fles naar achteren en sloeg er mee tegen mijn bovenbeen. Ik werd witheet en dacht, jou krijg ik nog wel mannetje.
Bij de deur bleef hij staan. Ik pakte de deurbeugels beet en met alle kracht gaf ik hem een schop tegen zijn achterwerk.
Het moet een mooi gezicht geweest zijn aan de buitenzijde van de trein. De man klapte dubbel, werd gelanceerd en met een boog vloog hij zo de trein uit en kwam plat op zijn buik op het perron terecht. Wonder boven wonder hield hij de fles vast en deze brak niet. Ik dacht o jee daar zal je het hebben, hij komt me vast achterna met die fles en wil me gaan meppen. Snel deed ik de deuren dicht, maar ziende dat er geen beweging in de man zat deed ik ze weer open en ging maar eens op onderzoek.
Langzaam kwam hij nu overeind en was een stuk rustiger als voorheen. Zijn grote mond was verdwenen en hij waggelde naar het bankje waar hij op plaatsnam met zijn fles.
Na terugkomst vanuit Doetinchem zat hij er nog steeds en zo te zien had hij er geen nadelige gevolgen van overgehouden. Gelukkig maar, want iemand zo uit een trein werken is ten strengste verboden, maar het lucht heerlijk op.