Voor een paar jaar terug ging mijn naam als een lopend vuurtje door het land. Het is weer een verhaal waard om verteld te worden.
Mijn schoonzuster en zwager wonen in Duitsland en geregeld gaan we bij hen op bezoek.
Vaak neem ik mijn windbuks mee want er liggen in de bossen vlak bij hen in de buurt ongelo-felijk veel lege flesjes en blikjes bier, het schijnt dat er flink gedronken wordt daar.
Met mijn kinderen en die van mijn zwager gaan we vaak het bos in, stapelen de blikjes en schieten er op. Zo liep ik ook op een mooie zondag met de kinderen aan de hand en het geweer om de schouder naar het bos. Op weg daarnaar toe kwamen we een politiewagen tegen waarvan de agenten graag wilden weten wat ik daar wel om mijn schouder had.
Het verhaal uitgelegd maar ze namen er geen genoegen mee en vroegen of ik wel wist dat het verboden was om met een geweer over straat te lopen. Ik dacht eerst dat ze een geintje maakten, want de buks zat in een foedraal en dat is wel toegestaan, maar nee, ik moest mee naar het bureau en eerst werden de kinderen thuis afgezet. Kinderen in de auto, allemaal huilen natuurlijk, ik in de auto en ook huilen natuurlijk. Op het bureau werd er een dik wetboek bijgehaald en na veel zoeken kon men eindelijk iets vinden. Op een geweer dat ingevoerd werd moest een H gedrukt zijn, anders was het een illegaal wapen. De buks werd in beslag genomen en ik kreeg een
boete van 300 mark. Zwaar overdreven natuurlijk en ik weigerde te betalen. Niet betalen? dan de auto laten staan. Een ander oplossing was het borg willen staan door mijn zwager wat hij deed door een cheque uit te schrijven. Na verloop van een jaar was er echter nog steeds niets van zijn rekening afgehaald en we waren nu toch erg benieuwd geworden of de boete nu verlopen was of niet, maar hoe kwamen we daar achter?
Nu is het zo dat bij de internationale treinen vanuit Emmerich naar Arnhem vaak Duits douanepersoneel meegaat om die trein te controleren en die hebben van die handige computers waar alles in vermeldt staat. Daar kon ik wel eens een visje uitgooien. Mocht mijn naam er in staan dan was er geen man overboord want de trein moest rijden en liep ik geen gevaar.
In Emmerich mijn naam ingevoerd en daar begon die douaneklant toch geheimzinnig te doen niet mooi meer. Hij ging naar zijn collega, begon te smoezen en met z’n tweeën kwamen ze op me af en werd ik tussen hen in afgevoerd naar het bureau langs de trein waar de mensen met verbazing keken naar wat hier gaande was. Blijkbaar zijn de bureaucratische wegen in Duitsland lang en ondoorgrondelijk want mijn naam stond nog steeds vermeldt in het opsporingsregister. Alleen was ik niet van plan te betalen al ging dit de hele dag duren. Na 25 minuten onderhandeld te hebben zag mijn collega het niet meer zitten en zei dat ze me nooit zouden laten gaan en de reizigers begonnen al aardig ongedurig te worden ook.’ Maak je afrekening maar open en betaal het daar maar zolang van’, gaf hij als raad. Zo gezegd zo gedaan. Met ongeveer 30 minuten vertraging konden we onze weg vervolgen en dit verhaal zal mij wel altijd blijven volgen.