Het was vandaag een ongeluksdag. Niet voor mij maar wel voor enkele reizigers.
We stonden in Amsterdam klaar voor vertrek en er komt een oudere vrouw van een jaar of 75 de trap op lopen die ook nog mee wil.
Een rijtuig verder stapt ze in maar op de een of andere manier stapt ze naast de treeplank en heel langzaam glijdt haar been tussen de trein en het perron naar beneden terwijl het andere been op het perron blijft staan. Ik zie voor mijn ogen iets unieks gebeuren, n.l een vrouw van 75 die een spagaat maakt. Uit haar mond klinkt een langgerekt aaaaaaaah, mijn mond valt open van verbazing en ren op haar toe om te helpen. Samen met nog een reizigster moeten we al onze krachten inzetten om haar tussen de trein en het perron uit te tillen. Het vel op haar scheenbeen is over zo’n 10 centimeter opgestroopt maar ze is een harde en wil met alle geweld mee met deze trein dus dat wordt een verband aanleggen met de raad dat ze in ieder geval naar het ziekenhuis moet om een tetanus injectie te halen.
In de trein van Arnhem naar Doetinchem kom ik op het balkon een man van ongeveer 45 jaar tegen die op weg is naar de Kruisberg. Dat is een open gevangenis en het blijkt dat hoe dichter we in de buurt komen hoe moeilijker hij het er mee heeft. De man is veroordeeld voor rijden zonder rijbewijs en op zijn vlucht voor de politie pikte hij nog enkele stoplichten mee. Zijn maat kon uit de auto ontsnappen en hij had hem niet verraden. Het was voor hem zijn eerste veroordeling en de tranen liepen hem over de wangen. Ik zeg “sterk he, die Fishermans friend” maar dat kon hij niet zo waarderen. Onderweg wilde hij nog overstappen op de trein terug maar dat kon ik uit zijn hoofd praten omdat ze hem toch altijd wel te pakken zouden krijgen en wie weet in wat voor inrichting hij dan terecht zou komen. Zijn straf was 7 maanden maar met goed gedrag zou dat wel verminderd worden dacht ie.
Weer in Arnhem aangekomen kwam er een meisje naar me toe rennen met het bericht dat er een man niet goed was geworden. Ik er naar toe. De man was aardig blauw en gaf geen teken van leven meer. Snel op de grond gelegd en tegelijkertijd ging er een rilling door hem heen en met schokken begon hij weer te ademen. Dat scheelt een hoop werk, je hoeft tenminste niet meer voor de ademhaling te zorgen in ieder geval. De ziekenauto werd gewaarschuwd en de man afgevoerd.
Zo maak je op zo’n dag toch weer aardig wat mee en het mooie was dat het niet eens mijn eigen dienst was maar eentje die ik overgenomen had van een zieke collega.