Categoriearchief: Spoorverhalen

Nijmegen – Den Haag

Vandaag een zondagse dienst met een ritje van Nijmegen naar Den Haag.

Bij het stoppen te Elst zie ik in de bosjes een splinternieuwe damesfiets liggen die hoogstwaarschijnlijk uit de fietsenstalling is gestolen waarbij de dieven gestoord zijn en de fiets maar hebben neergegooid. Doorgegeven aan de spoorwegpolitie via Utrecht die de mogelijkheid hebben om er iemand op af te sturen. Te Arnhem komt een man witheet van woede naar me toe; in de coupe zit een persoon wiet te roken en heeft een grote mond. Er naar toe en daar bleek de joint nog niet aan te zijn geweest (dat ding stonk gewoon zo uit zichzelf). De mannen gingen met elkaar in de clinch en zonder ingrijpen zou dit wel eens kunnen escaleren. De twee van elkaar gescheiden en apart gezet, daarbij de man een koffiebon gegeven om weer op verhaal te komen.

Er komen een jongen en meisje aan, het meisje in tranen en beroerd. Zij is ergens tegenaan gelopen en voelt zich niet lekker. Beiden maar in de eerste klas gezet om wat bij te komen.

Het is flink druk in de trein, morgen wordt er waarschijnlijk gestaakt en nu gaan alle mensen een dag eerder op pad. Veel studenten reizen met hun weekkaart op zondag en willen geen kaartje kopen vanwege de staking die er aan dreigt te komen. Een beetje soepel bekijken maar, ergens hebben ze wel gelijk vind ik. Onderweg een melding gekregen dat er iemand een gitaar heeft laten liggen. Mijn werk in de steek gelaten en op zoek naar die gitaar. Gevonden en een afspraak gemaakt dat de persoon hem op de terugweg wel weer bij mij af kan halen. Zwarte handen gekregen want iemand is zo leuk geweest om een stang bij de deur onder het vet te smeren. Eerst maar even schoon maken met een doekje uit de wc. Weer een stuk verderop een reiziger die mij een portemonnee met geld, bankpasjes en van alles erin overhandigt. Er zit ook een naamkaartje bij, dus dat is wel makkelijk, even omroepen en hij is zo weer terug bij de eigenaar. Maar helaas, omroep defect net als de koersrollen op de zijkant van de trein trouwens. Dan maar verder controleren en kijken of ik de persoon ergens zie zitten. Dat lukt een stukje verderop, hij mistte nog niets maar was wel blij.

Het is koopzondag in Utrecht en de trein loopt hier helemaal vol. Ik word gek gevraagd welk deel nu naar Rotterdam of Den Haag gaat vanwege de defecte koersrollen. In Gouda moet de trein gesplitst worden want er gaat een deel naar Rotterdam en een deel naar Den Haag. De machinist die dit moet doen is pas nieuw en krijgt de trein niet uit elkaar. Met behulp van de voorste machinist lukt het dan uiteindelijk toch en we vertrekken met 10 minuten vertraging naar Den Haag. Zo, nu eindelijk een kwartiertje de tijd om die gitaar eens uit te proberen. Jammer dan, vandaag zit echt alles tegen, er missen 2 snaren.

Privatisering

De laatste jaren is het werken bij de spoorwegen er niet beter op geworden. Door de privatisering hebben zich vreemde ontwikkelingen voorgedaan. De verschillende onderdelen zoals spoorbaan, materieel, post T (die regelen de treinenloop) en reizigersvervoer zijn van elkaar gesplitst en de groep van conducteurs, machinisten en alles wat daar mee samen hangt zijn nu ondergebracht in de groep ‘reizigers’. Onze groep huurt nu een trein van een ander onderdeel en we zijn ook van een ander onderdeel afhankelijk of we op tijd kunnen vertrekken.
Was het vroeger zo dat wanneer je te laat op een station aan zou komen, dan belde je naar post T met de mededeling dat je een paar minuten aan je broek had en of de aansluitende trein even kon blijven wachten (wat vaak wel kon).

Tegenwoordig mag je de mensen op post T niet meer bellen en je weet dus nooit wat je tegen jouw reizigers kan zeggen in verband met de aansluitingen. Je krijgt het idee dat de mensen op post T helemaal geen feeling meer hebben met de reizigers. Voor hen is een goederentrein net zo belangrijk als een reizigerstrein en die laten ze ook vaak vlak voor je neus vertrekken zodat je er de hele weg achter blijft hangen en een flinke vertraging oploopt. Laatst ging ik van Arnhem naar Zwolle en liet men ons wachten voor een rood sein vlak voor Deventer. Dit duurde vijf minuten en het bleek dat post T ons vergeten was. Veel reizigers hadden er al een vertraging van een half uur op zitten in verband met de kapotte Rijnbrug en de daardoor nodige overstap op een bus. Te Zwolle aangekomen met nog één minuut vertraging zagen we de trein naar Groningen, wel op tijd, voor onze neus wegrijden. De reizigers waren laaiend en ga dan alles maar eens uitleggen, ik werd uitgemaakt voor sukkel en ga zo maar door.

De treinstellen huren we tegenwoordig ook van een aparte afdeling. Door gebrek hieraan kregen we in plaats van zes bakken er nu maar twee. Hiermee zouden we vanuit Utrecht via Hilversum, Schiphol naar Leiden gaan en dit is één van de drukkere trajecten. In Utrecht stonden de mensen al tot in de gangpaden toe en de machinist zei dat hij zo niet rijden wilde omdat de drukte enorm zou toenemen in de buurt van Schiphol en hij daar geen verantwoording voor wilde nemen in het geval er iets zou gebeuren, met andere woorden hij wilde de trein niet rijden. Gebeld in Utrecht en uit de richting Hilversum kwam nog een trein die men wel aan de onze kon vastkoppelen. Omgeroepen in de trein wat de bedoeling was en er wel enige vertraging aan zat te komen. Na tien minuten wachten bleek de trein toch niet op te komen dagen en werd besloten dat onze trein werd opgeheven. Ga dat maar eens aan de reizigers vertellen, ik werd door iemand uitgemaakt voor mongool, de communicatie bij de spoorwegen klopte van geen kanten, het was de laatste keer dat ze met de trein gingen en ga zo maar door.

Zulke dingen gebeuren de laatste tijd veel vaker en zolang deze afsplitsing in onderdelen niet teruggedraaid wordt zullen we hier mee moeten leven vrees ik.

Zevenaar

De onoplettendheid bij overwegen is groot. De mensen weten vaak niet meer wat ze doen door nervositeit bij voor hen vreemde situaties.
Vanuit Duitsland rijden er kolentreinen richting hoogovens en ook ertstreinen vanaf de Rotter-damse haven richting Ruhrgebied. Deze treinen bestaan vaak uit 30 wagens die zo’n 2500 ton zwaar zijn en je hebt je handen vol aan het op gang brengen van deze treinen waar een aardige tijd overheen gaat wil hij een beetje op snelheid zijn. Met het remmen is het andersom en duurt het best een tijd voordat je stilstaat.
Op een gegeven moment rijd ik net voorbij Zevenaar in de richting Arnhem met een gangetje van zo’n 80 km/h met zo’n zware kolentrein en kom bij een overweg met een knipperinstallatie.

Aan de rechterkant stopt een auto omdat de lichten knipperen. Links echter komt een tractor aangereden met een aanhanger die volgestapeld is met balen hooi waarop een stuk of zes kinderen zitten. De tractorbestuurder denkt dat de auto voor hem stopt en rijdt de overweg op.
Verbouwereerd denk ik ‘wat doet hij nu’ en begin gelijk te remmen en wegduikend laat ik ook het dodemanspedaal los. Voor noodgevallen kan je in de locomotief door het gangpad naar achteren lopen want er is alle kans dat het te raken object de cabine in komt zetten. Voordat het hele geval echter begon met remmen was ik de overweg al aardig genaderd en bereidde me op het ergste voor… De tractor bleef gelukkig doorrijden en ik passeerde de aanhanger met hooi en de kinderen daarop rakelings waarbij er een verschil was van hooguit een meter tussen de trein en de aanhanger. Op zulke momenten breekt het zweet je uit en krijg je een adrenaline injectie van heb ik jou daar. Enkele honderden meters verderop kwam ik tot stilstand en achterom kijkend had de tractor zich al weer een flink stuk verwijderd.
Voordat de trein daarna weer goed en wel op gang was gingen er nog zo’n 10 minuten overheen en ik denk dat die man op de tractor nog steeds niet weet wat hem boven zijn hoofd heeft gehangen.

Stotteren

Als conducteur maak je vaak vreemde en ook leuke dingen mee.

Nadat we op een station gestopt en weer vertrokken waren begon ik met mijn controleronde.

Ik liep achter een man aan de trein in en hij was op zoek naar een vrije plaats. Een passagier hield een plaats bezet met een tas en de man vroeg hem of hij de tas van de bank wilde halen. Dit vragen duurde enige tijd want het bleek dat de man stotterde. Of de reiziger op de bank het er om deed weet ik niet, maar hij begon ook stotterend antwoord te geven dat hij daar geen problemen mee had en dat wel wilde.

Met een vuurrood hoofd van kwaadheid omdat hij voor de gek gehouden werd liep de man door om ergens anders een plaatsje te zoeken. Ik moest er wel om lachen maar erg netjes vond ik het toch niet en zei dat ook tegen hem. Het bleek dat de man ook een stotteraar was waarna ik mezelf weer moest verontschuldigen. Daarna ben ik die andere man nog wel tegen gekomen en heb hem verteld hoe de vork in de steel zat. Hij moest er zelf ook wel om lachen maar voor verontschuldigingen had hij geen tijd want hij was inmiddels op de plaats van bestemming.

Criminelen

De criminaliteit in Nederland neemt nog dagelijks toe en dat merken we ook bij de spoorwegen. Hier heeft het dievengilde in de loop der tijd zo zijn eigen manieren ontwikkeld want het werken in en om de trein vereist toch een andere aanpak dan in de stad.
Voor wat betreft het aantal diefstallen merken we daar in Amsterdam toch wel het meeste van.

Ben je net vertrokken met de internationale trein in de richting Duitsland dan komen er vaak al na enkele minuten reizigers naar je toe met ‘conducteur, mijn geld is weg’ en kan je niet veel meer doen dan de mensen de raad geven om in Utrecht uit te stappen zodat ze daar bij de spoorwegpolitie aangifte kunnen doen. Dit willen ze vaak niet want men wil verder en het geld krijgen ze toch niet terug.

In Amsterdam gebeurde het een keer dat de mensen de trein instroomden terwijl er één was die zich naar buiten wurmde en de trap afrende. Dit was natuurlijk vreemd en dat bleek al snel want er kwam schreeuwend een Indiër naar buiten gerend, bij wie de riemportemonnee van zijn lichaam getrokken was met daarin 3000 dollar. Aangifte doen bij de spoorwegpolitie deed hij niet omdat hij op tijd in Duitsland wilde zijn. Aangifte is vaak alleen maar goed voor de statistieken, het geld krijg je er zelden mee terug. Een bekende truc is ook dat er iemand aan de buitenkant van de trein tegen het raam tikt en vraagt of dit de trein in die en die richting is. Achter de rug van de reiziger wordt dan zijn bagage weggehaald. Ook bagage achterlaten op het perron is iets wat je in geen geval moet doen. De criminelen zijn ontzettend snel en bijna nooit te achterhalen.

Bij het spoorpersoneel is de lijn Amsterdam – Schiphol berucht. Groepen zakkenrollers reizen heen en weer en hebben het voorzien op de toeristen die met het vliegtuig mee moeten. De treinen zijn vaak dubbeldekkers waar controle een stuk moeilijker is. Men probeert de zaak op te lossen door ploegen controleurs in samenwerking met de politie door de trein te laten lopen. Ook worden er stationsingangen afgesloten zoals bij Amsterdam Lelylaan waar van de zeven ingangen er nog maar één open is.

Eens controleerden ik een niet zo volle trein van Amsterdam naar Utrecht en in één van de coupés werd een reiziger in de tang genomen door twee criminelen. Eén zat er naast hem, de ander er tegenover en onder bedreiging hadden ze hem al van alles afhandig gemaakt. De man beefde over zijn hele lichaam en durfde geen woord uit te brengen. Het leek me handiger om mijn collega erbij te halen en de spoorwegpolitie op te roepen. Bij terugkomst waren de twee naar achteren gerend. We kalmeerden eerst de reiziger en het bleek dat er al van alles was gestolen, onder andere zijn geld, walkman en papieren. Daarna gingen we op zoek naar de twee criminelen. Zij bleken in een toilet te zitten en bij het openmaken van de deur waren ze druk doende de papieren en geld door de toiletpot te spoelen. Dit hebben we nog voor een deel kunnen verhinderen en in Utrecht aangekomen stond het ontvangstcomité al klaar.

Het gebeurt niet vaak dat je iemand op heterdaad kunt betrappen maar in dit geval hadden we een goede slag geslagen zeer tot tevredenheid van de agenten.

Vertraging

Waarin een klein land groot kan zijn oftewel een groot bedrijf klein.

Mijn dienst liep lekker vandaag, even naar Amsterdam, dan naar Leiden en daarna weer terug naar Arnhem. Alles loopt op tijd en dat is wel eens anders geweest de laatste paar maanden.

Voor Arnhem had ik al omgeroepen dat we het station naderden en op welk perron de mensen hun aansluitingen konden halen voor hun verdere verbindingen.

Ik was nog niet uitgesproken of we kwamen net voor het station tot stilstand. Even wachten en daarna maar eens bellen voor informatie. Het bleek dat er een wisselstoring was die zo verholpen zou zijn en of we nog maar even geduld konden hebben.

Het even geduld werd een half uur en mondde uit in het feit dat we Arnhem helemaal niet meer in konden en de verkeersleiding vroeg of we de trein terug konden brengen naar Ede Wageningen waar dan bussen ingezet zouden worden in de richting Arnhem.

Alles valt je opeens rauw op je dak en je probeert zo goed en zo kwaad als het gaat de mensen te informeren onderwijl denkend of er nog een stop ingelast moet worden in Oosterbeek en Wolfheze wat wel weer het gevaar inhoudt dat er mensen uitstappen die daar niet moeten zijn. De mens is een raar wezen, velen zijn onzeker en blijven vragen of ze in de goede trein zitten, dan moet je ze bij wijze van spreken aan de hand meenemen anders zien ze nog kans in de verkeerde trein te stappen.

De verkeersleiding regelt de treinenloop en vergeet door drukte het treinpersoneel in te lichten zodat je maar moet gokken wat er nu eigenlijk allemaal loos is en hoe lang zoiets kan gaan duren. Vaak weten de reizigers eerder wat er aan de hand is als het treinpersoneel en sta je met de mond vol tanden.

In Ede de reizigers naar de voorkant van het station gestuurd en daar bleek dat de bussen aan de achterzijde aankomen. Daar sta je dan met enige honderden reizigers aan de verkeerde kant van het station. Hup, allemaal in optocht naar de andere kant. Over het algemeen laten de mensen zich gedwee leiden, maar een enkeling is flink geërgerd en scheld op die rot spoorwegen die weer alles in de soep laten lopen.
Het was zondag en bussen waren er wel, maar geen chauffeurs, die waren vrij. Na een uur wachten kwam er één bus, volproppen maar en wegwezen. Na nog een uur kwam die bus weer terug en was de groep reizigers weer flink gegroeid. Daarna werden er nog een paar bussen ingezet en verminderde de hoeveelheid een beetje.

In tijden van ellende is de saamhorigheid groot, zo ook in de bus. Er werd veel gepraat en zelfs gelachen, de mensen zijn over het algemeen niet haatdragend tegenover de NS, ik denk dat het een kwestie van gewenning is. De handy’s werden aan elkaar doorgegeven en een huilende vrouw getroost omdat haar zoontje voor een dichte deur zou komen te staan. Kleine kinderen zaten bij wildvreemde mensen op schoot en de jongeren stonden op voor de ouderen. Kortom, was er maar elke dag storing. Aan de spoorwegen zal het niet liggen.

Gilze-Rijen

Soms kan je je sportieve lusten botvieren in de trein. Ik moest van Arnhem naar Roosendaal en bij Gilze-Rijen wilde er 3 Marokkaanse jongens de trein in maar ziende dat ik er ook op zat vlogen ze weer naar buiten en doken in het achterste treinstel. Vermoedend dat ze geen kaartje hadden riep ik ze nog achterna dat ik van plan was om dat treindeel te controleren, maar ze geloofden me niet en stapten toch in.
Ik sloot de deuren en piepte de machinist op dat ik buitenom naar het andere treindeel zou lopen en dat hij dus even moest wachten. Zo gezegd en zo gedaan, ik sloot de deuren, ging door de cabinedeur naar binnen en de controle kon beginnen.

We reden met een dubbeldekker en die zijn altijd moeilijk te controleren als je alleen bent. De jongens hadden al nattigheid gevoeld omdat het zo lang duurde voordat de trein vertrok. Ik zag ze op het volgende balkon al naar me loeren en toen ze me in de gaten kregen begonnen ze naar achteren te rennen. Wel in voor een sportwedstrijd begon ik er achter aan te rennen maar de jongens waren tamelijk snel. Voor de reizigers in de trein was het een aardig verzetje om eerst een paar jongens en dan een conducteur langs te zien komen in volle vaart. Van de reizigers kreeg ik ook enige steun in de vorm van armen en vingers die in de richting van de vluchtenden wezen. Bij het laatste gedeelte probeerde ik ze af te snijden door in plaats van boven, onderlangs te gaan. De jongens, ook niet gek, bleven boven wachten tot ik op het balkon verscheen en renden nu weer terug voor mij uit maar nu in de andere richting. Toch begon ik ze aardig in te lopen omdat zij telkens de schuifdeuren moesten openen wat even duurde en als ik er dan was stonden ze nog steeds open zodat ik mijn volle snelheid kon behouden, dat ging lekker zo. Na nog een keertje te zijn rondgerend kreeg ik er eindelijk een te pakken waarna ik hem een kaartje kon verkopen. Tegen boordtarief uiteraard. De andere jongens kwamen daarna ook schoorvoetend naderbij maar die liet ik maar begaan zodat ze met z’n drieën het kaartje konden delen in de hoop dat ze genezen zouden zijn van het zwartrijden.

Overstap

Soms kunnen we de reizigers met een klein beetje moeite toch een grote dienst bewijzen.

Op de controleronde van Heerhugowaard naar Schagen kwam ik een natgeregende jongen en meisje tegen die nog geen kaartje hadden. Ze hadden allebei een rugzak en verstonden geen woord van wat ik zei. In het Engels ging het beter en het bleken twee Polen te zijn die diep in hun buidel moesten tasten voor het kaartje. Per persoon kostte het ze 22 gulden boordtarief en ze waren op weg om in Schagen bloembollen te gaan pellen. Ze hadden staan liften maar dit laatste stuk was het onmogelijk een lift te krijgen en waren daarom maar in de trein gestapt. De Polen gaan hier geen bloembollen pellen uit rijkdom. Daarom liet ik de kaartjes maar vervallen en heb ze uitgelegd dat ze de volgende keer beter aan het loket een kaartje konden kopen omdat ze anders wel een stuk duurder uit zouden zijn.

Op diezelfde dag moest ik ‘s avonds ook nog van Arnhem naar Tiel en in de trein bleek een man te zitten die naar Nijmegen moest en in de verkeerde trein was gestapt. De verbinding naar Tiel is een uurdienst en op welke manier hij ook zou reizen, Nijmegen zat er niet meer in. Het enige wat we konden proberen was de tegemoet komende trein oproepen en vragen of hij de reiziger over kon nemen.
Zo gezegd zo gedikkiedaand. Via de boordomroep haalden we de reiziger naar voren en na enkele pogingen kregen we contact met de andere machinist die het geen punt vond om te stoppen en de reiziger over te nemen.

Ergens tussen de weilanden in stopten de twee treinen met de cabines langs elkaar en de reiziger kon precies van de ene in de andere cabine overstappen. Met een tiental keren bedankt voor deze service vervolgden we onze wegen. Met een iets hogere snelheid wisten we de vertraging er weer snel uit te rijden en waren we weer precies op schema.

Water

Ik moest vandaag naar Nijmegen en daar bleek dat de stationsklokken een kwartier hadden stilgestaan en daarna spontaan weer waren beginnen te lopen.

Bij het controleren in de trein vanaf Nijmegen waren er een paar reizigers zeer verbolgen over dit feit want ze hadden bij de vorige trein gedacht dat ze nog wel genoeg tijd hadden om in te stappen toen hij plotseling weer wegreed.

Ik vertelde hen dat dit bij de Nederlandse Spoorwegen een nieuwe manier was om vertragingen in te halen. Men had namelijk besloten dat zodra er ergens in het land vertragingen waren dan zette men overal de klokken een kwartier stil zodat men weer op tijd op een volgend station binnen kon rijden. De reizigers keken of ze water zagen branden en ik vertelde ze maar snel dat het een grapje was en dat de oorzaak lag bij een stroomstoring in Nijmegen.

Daarna moest ik een internationale trein van Emmerich naar Amsterdam brengen. Normaal gesproken rijdt er altijd een restauratierijtuig mee in dit soort treinen, maar nu was deze in Keulen achtergebleven vanwege een storing.

Een man was niet lekker geworden en zijn vrouw vertelde dat hij last had van suiker en wat moest eten.

Ik had nog wel een boterham en een appel in mijn tas en vroeg hem of hij daar soms trek in had. Het brood wilde hij niet uit mijn mond halen want hij zag natuurlijk wel in dat zo’n harde werker als ik het eten wel nodig had, maar een appeltje ging er wel in.

Een mens kan ook te ver gaan. Als ik ergens gek op ben dan is het wel op fruit. Maar ja, gezegd is gezegd dus ik moest met lede ogen toezien hoe hij er smakelijk van begon te happen (en zienderogen begon op te knappen).

Verderop zaten een paar Australische studententypes een beetje jolijt te maken en terwijl ik de kaarten aan het controleren was begon er een meisje die dichtbij zat uit een spuitfles water te drinken. Ik kon het niet laten en met een snelle beweging greep ik de fles en kneep er in. Er kwam een flinke straal water uit waarna opeens de dop eraf sprong en de straal een stroom werd. Ze kreeg ogen als schoteltjes en al het water liep over haar gezicht zo naar beneden haar kleren in.

De rest van de coupé schaterde het uit en ik stamelde maar wat dat dit niet de bedoeling was en het me erg speet, maar zo’n ramp vond ze het nu ook weer niet waarna ik snel maakte dat ik wegkwam.

Hard

Het lijkt erop dat de mensen tegenwoordig harder zijn dan vroeger. Op station Zaandam werd ik bij een reiziger geroepen die onwel was geworden. Het was een oudere man van ongeveer 70 die op het balkon lag en bij wie ik een zeer onregelmatige polsslag kon voelen. Hij begon te spugen en ik legde hem in de stabiele zijligging zodat het er makkelijker uit kon lopen.

Tegenwoordig heeft bijna iedereen een mobieltje en de ambulance werd dan ook snel gebeld.

Het duurde nogal voordat die kwam en een vrouw kwam het balkon op met de vraag of het nog lang duurde want ze moest in Alkmaar de trein naar Den Helder halen. “Mevrouw, u ziet toch dat we bezig zijn”? “Ja, die spoorwegen hebben altijd vertraging, verleden week moest ik in Den Bosch ook al een half uur wachten”. En dit alles gebeurde praktisch boven het hoofd van de oude man. Ik verwachtte ieder moment dat hij zijn hoofd zou optillen en zou zeggen “sorry voor het ongemak mevrouw”.

Het weekend daarop bezocht ik een computerbeurs en hoorde opeens om het hoekje van de kraam waar ik stond een enorme dreun. Ik dacht dat er een heel computersysteem op de grond gevallen was maar het bleek een man te zijn. Hij was flauw gevallen en daarbij een metalen kast geraakt waarbij er een flinke hoofdwond was ontstaan. Er kwam flink wat bloed aan te pas en ook hier werd een ziekenauto besteld waar we op moesten wachten. De man achter de kraam zag zijn winst van die dag al helemaal in rook opgaan en vroeg ons of we de man niet naar een ander plekje konden slepen zodat de mensen er weer door konden.

Je moet nog wel een beetje vertrouwen in de mensen houden en denk ook wel dat het van hen een soort defensief gedrag is om de ellende zo ver mogelijk van je af te duwen, maar normaal is het toch niet.